Het laatste dutje laten vallen – van 1 naar geen dutje

Het laten vallen van het laatste dutje kan misschien wel de meest uitdagende overgang van alle dutjes zijn. Het kan lastig zijn om te weten of het echt tijd is om het dutje over te slaan, vooral als je al te maken hebt gehad met de slaapregressie rond de leeftijd van één of twee jaar. Als je overweegt om het dutje helemaal af te laten vallen, vraag je je misschien af of je het moet vervangen door een rustmomentje of je kind gewoon wakker moet houden gedurende de hele dag. En wat betreft bedtijd? Wordt dat eerder?

Lees verder voor een meer advies! Wij vertellen je hoe je weet wanneer je van 1 dutje naar geen dutjes moet gaan, en precies hoe je dit kan aanpakken.

Wanneer is het juiste moment om het dutje te laten vallen?

Allereerst wil je er zeker van zijn dat je kind echt klaar is om het dutje over te slaan. Mijn advies is om NIET te proberen het dutje van je kind te schrappen voordat hij of zij 2.5 / 3 jaar oud is. Zelfs als ze hun dagelijkse dutje weigeren. En zelfs als ze gewoon wakker blijven in hun ledikant (dutje staken) gedurende het hele dutje. Het is het beste om ze dit minstens een uur per dag te laten doen tot hun derde verjaardag.

Het beste is om je kind de kans te blijven geven om te slapen, zelfs als je kind het zelden of nooit doet. Veel kinderen staken met slapen gedurende weken (of zelfs maanden) vóór de leeftijd van drie jaar. Om vervolgens weer een aantal maanden goed te slapen. Als je kind op 3-jarige leeftijd nog steeds consequent het dutje staakt, zijn hier je volgende stappen voor de overgang van 1 naar 0 dutjes.

Signalen dat je kind klaar is om het dutje te laten vallen.

Een deel van de reden waarom het zo moeilijk is om te weten of het de juiste tijd is voor een kind om het dutje over te slaan, is omdat de signalen niet altijd duidelijk zijn. Sommige kinderen zouden graag 3 uur per dag slapen… maar kunnen vervolgens niet in slaap vallen voor bedtijd tot na 22.00 uur*. Of ze willen slapen, maar pas na 13.30 uur. Of misschien, zoals hierboven besproken, weigeren ze om in slaap te vallen en zijn ze wakker wanneer ze zouden moeten slapen. Tot slot slapen sommige kinderen elke dag en vallen ze gemakkelijk in slaap bij bedtijd, maar worden ze consequent wakker om of voor 5 uur ’s ochtends. Als je kind ouder is dan drie en een van deze tekenen vertoont… is het tijd om te accepteren dat hun dutje hun slaap negatief beïnvloedt.

Voordat je het dutje probeert over te slaan, is het goed om de lengte van het dutje met 15 minuten te verminderen om de 4-5 dagen tot je een dutje van slechts een uur overhoudt of zelfs een dutje van 30 minuten. Dit kan alles zijn wat je nodig hebt om welk probleem dan ook op te lossen waar je tegenaan loopt. Met kinderen die moeite hebben met in slaap vallen ’s nachts vanwege hun dutje, weet dat een dutje van welke lengte dan ook het voor hen misschien onmogelijk maakt om op een fatsoenlijk tijdstip in slaap te vallen bij bedtijd.

Dus als je kind….

Dus als je kind:

• Minstens 2,5 jaar oud is,
• Een van de bovengenoemde problemen heeft,
• En het verminderen van de lengte van de middagdutjes na enkele weken niet helpt… …
• dan is het tijd om van 1 naar 0 dutjes te gaan.

• Het is niet abnormaal dat peuters die dutjes doen 60-90 minuten alleen rollen (of praten of spelen) voordat ze in slaap vallen voor het slapengaan. Dit op zichzelf mag geen reden zijn om het dutje van je kind te stoppen.

Als je kind…

Langer dan 90 minuten doet om in slaap te vallen voor het slapengaan EN pas na 22.00 uur ’s avonds in slaap valt (En voldoet aan de andere genoemde criteria), …volg dan de onderstaande richtlijnen om het dutje te stoppen.

Langzaam laten wennen aan niet slapen overdag

De volgende instructies kan je ook toepassen als je kind in de “slaapstaking” fase zit waarin hij/zij zelden of nooit in slaap valt tijdens de dutjes. Zodra je denkt dat het tijd is om het dutje van je kind over te slaan, begin dan met één dag “niet” en één dag “wel”. Een “niet slapen” dag is wanneer je het dutje helemaal overslaat en je kind de hele dag uit het bed houdt. Volg dit met een “wel” dag waarop je kind gedurende zijn gebruikelijke “dutjestijd” van maximaal één uur in zijn bed laat.

Op de “niet slapen” dagen, breng bedtijd iets naar voren om vermoeidheid tegen te gaan. Het belangrijkste is om je kind NIET in slaap te laten vallen in de auto of ergens anders in de middag op “niet slapen” dagen. Dutjes onderweg zullen ervoor zorgen dat je kind tegen bedtijd zal vechten, ’s nachts wakker zal worden, of beide.

Na één dag “niet” en één dag “wel”, ga je over naar twee dagen “niet” met slechts één dag “wel”. Dit betekent dat je twee opeenvolgende “niet” dagen hebt waarop je het dutje overslaat, gevolgd door één “wel slapen” dag. Daarna 3 “niet” dagen gevolgd door 1 “wel slapen” dag. Dan vier “niet” dagen, 1 “wel slapen”. Ga door met het toevoegen van meer “niet slapen” dagen totdat je 7-10 dagen achter elkaar hebt zonder “aan” dagen.

Rustmoment

Veel gezinnen zijn eigenlijk blij dat hun kind geen middagdutje meer doet, omdat dit betekent dat je weer wat kunt gaan ondernemen overdag. Zolang je kind blijft slapen tot minstens 6 uur ’s ochtends of later, kan de bedtijd al om 7 ’s avonds zijn. Dit betekent dat als je kind geen middagdutje doet, maar wel vóór 6 uur ’s ochtends wakker wordt, probeer dan hun bedtijd op minstens op 18:30 ’s avonds te houden. Dit voorkomt vermoeidheid.

Zodra je kind 7-10 “slechte” dagen op rij heeft gehad, kun je ervoor kiezen om je kind weer een kort dutje te laten doen overdag of een “rusttijd” te starten. Het is belangrijk dat je vroeg in het proces van het stoppen met middagdutjes af en toe wat extra rust toevoegt overdag om (over)vermoeidheid te voorkomen.

Hoe kun je een time-out moment beginnen?

Als je kind geen middagdutje meer doet, breng ze dan naar hun kamer en vertel hen: “Je hoeft niet te slapen, maar je moet rusten.” Gebruik vervolgens een peuterklok om je kind te laten weten wanneer de rusttijd voorbij is. Ze kunnen tegenstribbelen, maar zolang je er zeker van bent dat ze veilig zijn en hun kamer 100% kindveilig is, laat ze dan in hun kamer met de deur dicht blijven. Je wilt dit gedurende de hele rusttijd doen.

Als je kind weerstand biedt tegen rusttijd, probeer dan te beginnen met 15 minuten en voeg vervolgens elke 3-4 dagen 3-4 minuten toe. (De peuterklok is hierbij een essentieel hulpmiddel zodat je kind weet wanneer de rusttijd voorbij is.) Wees blij en enthousiast aan het einde van de rusttijd en beloon hen met een sticker, wat lekkers of en kleinigheidje die je passend vindt. Het einddoel is maximaal één uur rusttijd per dag waarin je kind rust of zichzelf onafhankelijk vermaakt. Het is het beste om tijdens de rusttijd geen toegang te geven tot schermen om dit onafhankelijke spelen te bevorderen.

Conclusie

• Blijf proberen om minstens 60-30 minuten per dag een middagdutje te doen totdat je peuter ongeveer 3 jaar oud is.
• Als het tijd is om over te stappen naar geen middagdutje, begin dan met één dag “niet slapen” gevolgd door één dag “wel slapen”. Blijf één “niet slapen”-dag toevoegen voordat je volgende “wel slapen”-dag begint totdat je 7-10 “niet slapen”-dagen op rij hebt. Laat je peuter niet on-the-go in slaap vallen of een middagdutje doen op “niet slapen”-dagen.